Waren openbare bibliotheken vroeger oases van rust, tegenwoordig is daar niet veel meer van te merken. Voorheen zat iedereen rustig te lezen, te studeren of een boek uit te zoeken. tegenwoordig is het vooral een ontmoetingsplaats geworden.
Het is een nieuwe belangrijke functie van de bieb: zoveel mogelijk groepen onderdak bieden: studenten, gamers, internetters, nieuwkomers en digibeten. Dan zijn er nog klierende jochies en zwervers die onderdak behoeven.
Stilte behoort niet meer tot de prioriteiten. Het is zoals het is, zolang het maar niet te gek wordt.
Laatst nog een paar studentes verzocht om wat stiller te zijn. Studeren is prima, maar dat wil niet zeggen ginnegappen en de telefoon hard op de speaker zetten.. Verderop zitten bezoekers ook nog rustig de krant te lezen. Ja, dat bestaat ook nog.
Filiaal Schalkwijk (Haarlem) spant wat dat betreft de kroon (vooral op woensdag) en dat komt ook door de slechte akoestiek daar; alles galmt door de open ruimtes heen. Om daar werkzaam te zijn moet je soms over stalen zenuwen beschikken.
Nieuwkomers krijgen taalles (en elke bezoeker luistert mee), jonge studenten krijgen de "Studiemax". Ondertussen: helpen met printen/kopieren/inloggen/opwaarderen/vervelende jongetjes eruit zetten, mensen helpen bij inleveren en bij de betaalautomaat. Veel bezoekers spreken (nog) geen goed Nederlands, dus ze zijn ook niet altijd goed te begrijpen (en begrijpen os niet altijd).
Er zijn collega's die er niet meer willen werken, maar ik vind het ook wel weer een uitdaging. Als alles redelijk verlopen is heb je eind van de dag een goed gevoel. Ook al stap ik afgepeigerd op de motor. Het Is Volbracht.